Binnen het Betonakkoord is samen met Bouwakkoord Staal een aparte werkgroep ingesteld om een concreet plan te formuleren om het wegtransport van beton en staal in de bouw op termijn emissieloos te maken. Ze heeft haar werkzaamheden afgestemd op die van een bredere groep organisaties die samenwerkt in het kader van de routekaart Schoon en Emissieloos Bouwen (SEB). Aangezien het zwaar transport van beton en staal in de bouw in deze routekaart onderbelicht was, heeft de werkgroep een aparte notitie geschreven. Deze notitie is opgenomen in de vervolgwerkzaamheden van de SEB.
De belangrijkste conclusies van de werkgroep zijn:
De beton- en staalsector zijn bereid om op termijn (streven: 2035) in samenwerking met hun transporteurs over te stappen op emissieloos wegtransport, d.w.z. geheel elektrisch voor alle voertuigen met uitzondering van de 5-assige betonmixers, die beter op waterstof kunnen rijden.
Om deze ambitie te kunnen realiseren verwachten de beton- en staalsector in de bouw van de Rijksoverheid het volgende:
- Leg doelen vast t.a.v. het realiseren van de overstap op elektrische voertuigen voor zwaar transport (rond 2035) en zorg voor een handhavingskader dat de verduurzaming versnelt.
- Zorg voor financiële stimulering in het beton- en staaltransport, vergelijkbaar met de voorstellen in de routekaart Schoon en Emissieloos Bouwen (SEB).
- Zorg dat in 2027 het stroomnetwerk en ook een waterstofnetwerk met voldoende capaciteit landelijk dekkend is en dat er op wegen laadinfrastructuur aangelegd wordt. De markt zal op eigen terrein de verantwoordelijkheid nemen om voldoende grote aansluiting aan te vragen eventueel in samenspraak met naastgelegen bedrijven. We moeten ervan uit kunnen gaan dat in 2027 de laadinfrastructuur dekkend is. Dit vergt van de overheid snelheid zowel wat betreft de aanleg van het netwerk en laad-infrastructuur als de vergunningverlening ten aanzien van mobiele hubs en laadinfrastructuur op eigen bedrijfsterrein.
- Als de Nederlandse overheid (samen met andere landen) de markt kenbaar maakt elektrische voertuigen voor zwaar transport te willen stimuleren en hiervoor in Brussel een pleidooi houdt, vergroot dit de kans dat er voldoende van dergelijke voertuigen op de markt komen. Daarbij moet er wel rekening mee gehouden worden dat transport in veel Europese landen volledig is uitbesteed aan externe (familie) bedrijven en ZZP-ers. Een uitzondering hierop vormt de betonmortel in Nederland waar dit niet is toegestaan binnen de cao’s. Afschrijvingstermijnen van voertuigen van familiebedrijven zijn meestal langer dan 10 jaar.
- Communiceer op korte termijn duidelijk en goed onderbouwd onder welke voorwaarden waterstof mag worden toegepast in het zware transport.
- Maak op korte termijn duidelijk of en zo ja in welk tijdspad toepassing van biodiesel voor zwaar transport wordt uitgefaseerd.